Trainingsgeest
1. Het is een goede gewoonte om voor de training of les altijd op tijd aanwezig te zijn.
2. Iedereen helpt mee om de dojang voor aanvang van de training in orde te maken en deze na afloop weer op te ruimen.
3. Train met plezier. Een positieve instelling (enthousiasme, vreugde) wordt op prijs gesteld, Dit komt de sfeer in de dojang alleen maar ten goede.
4. De dojang is er in de eerste plaats voor praktische oefeningen. Onderlinge discussies op de mat zijn niet bevorderlijk voor de training.
5. Bedenk dat de trainingstijden betrekkelijk kort zijn. Benut elke minuut om te leren door praktisch te oefenen. Herhaal de bewegingen zoveel mogelijk in de tijd die je daarvoor gegeven wordt.
6. Hou je alleen bezig met de leerstof die aangeboden wordt en ga niet zomaar iets anders doen of op eigen houtje je met andere technieken bezighouden.
7. Het is niet toegestaan elkaar de beweging of techniek uit te leggen, daar is de leraar voor. Als de beweging niet lukt geef dat aan aan de leraar. Geef elkaar wel aan of de beweging of techniek aanvoelt zoals zou moeten.
8. Blijf tijdens de training op de mat, bij overmacht laat dit de leraar even weten.
9. Tijdens de bewegingen is het aan te bevelen je partner zoveel mogelijk te stimuleren door zelf soepel te werken, zodat de ander zijn/haar bewegingen beter kan uitvoeren. Zorg ook voor weerstand om realistisch te trainen. Ontspannen en met aandacht trainen geldt als een vanzelfsprekendheid.
10. Neem als je even aan de kant moet/wilt wachten, tijdens bijvoorbeeld de voorbereidende bewegingen, of bij enige uitleg, een actief luisterende houding aan. Blijf rechtop staan of ga zitten in seiza of kleermakerszit.

Groeten
1. Als je de mat op gaat, plaatst dan eerst je slippers aan de rand van de mat en maak vervolgens, terwijl je rechtop staat, een lichte buiging vanuit je middel. Dit doe je ook als je na de training weer van de mat afgaat.
2. Het is gebruikelijk de leraar na een algemene, klassikale of persoonlijke uitleg te groeten, door middel van een buiging (hetzij zittend of staand).
3. Als je, na de algemene klassikale instructie van de leraar, met iemand wilt werken, maak dit dan duidelijk met een buiging naar de persoon toe.
4. Na afloop of onderbreking van de beweging(en) groet je elkaar weer op dezelfde wijze met eventueel daarbij nog een vriendelijk bedankwoordje.

Hygiëne
1. De Budo Oh Bok (oefenkleding) moet in aanvaardbare hygiënische staat gehouden worden. Wees zelf uiteraard ook altijd schoon en fris.
2. De slippers zijn een deel van de kleding en dienen buiten de mat gedragen te worden.
3. Nagels van handen en voeten kort knippen ter voorkoming van verwondingen.
4. Om dezelfde reden van veiligheid geen ringen of metalen voorwerpen dragen tijdens de training.
5. Ook om praktische en veiligheidsredenen is het voor mensen met lang haar raadzaam om het haar samen te binden of te vlechten.
6. De dojang en kleedruimten schoon en op orde houden.
7. De sanitaire voorzieningen in de dojang na gebruik schoon achterlaten.

– Behandel elkaar met respect.
– Geen enkele vorm van geweld in de dojang, laat staan op de mat.
– Geen gegil, geschreeuw of harde cq grove woorden.
Bij overtreding kan na waarschuwing de toegang worden geweigerd!

De dojang-etiquette kan worden gezien als een ondersteuning van het tot uitdrukking brengen van de ware Budo-gedachte. De dojang-etiquette die bewust wordt nageleefd, doet bij de beoefenaar vanzelf een meer oprechte en positieve houding ontstaan. Een meer innerlijke houding van aanvaarding van het eenheidsprincipe. Een eerste basis voor harmonie en vrede, die aan de Budo beoefening een vruchtbare grond biedt voor een nog verdere ontwikkeling van deze kwaliteiten.